Maandag 21 november 2011

Na nog een laatste paar kilometers komen we aan in Esperance. Dit stadje kwam in 1979 in het wereldnieuws, toen brokstukken van NASA’s Skylab hier neergekomen zijn. NASA hoopte dat deze in de Atlantische oceaan zouden neerstorten, maar helaas, deze gingen een andere, meer bewoonde richting uit. Het is een mirakel dat hier niemand bij gewond is geraakt en hebben ze dan maar de brokstukken verzameld en in een museum ondergebracht. Uiteraard is dit niet de reden van ons bezoek aan Esperance. We zijn hier namelijk voor Cape Le Grand National Park, zo’n 45km verder van Esperance. In het park is namelijk 1 van de stranden bekroond geweest als beste strand van Australië, dus dat belooft.

Na de inkopen en een warme douche in het plaatselijke zwembad, rijden we door naar Lucky Bay, waar we de nacht zullen doorbrengen. Wij waren blijkbaar niet de enigen met dat gedacht want de camping staat bomvol. De supervriendelijke camp rangers, een ouder koppel dat de hele tijd loopt te mopperen tegeneen, verwelkomt ons. De campground ziet er heel verzorgd uit en de oudere dame deelt ons met veel plezier mee dat er ‘hot showers’ voorhanden zijn.

Dinsdag 22 november 2011

‘s morgens springen we in onze zwemgerief om het strand van Lucky Bay te gaan verkennen. Kalkachtig wit zand, azuurblauw super helder water en dat in een supermooie omgeving. Hoewel het toch koud is buiten, spring ik al huppelend het water in. Brrr, het is inderdaad nogal koud in het water, maar toch geniet ik van deze oververfrissende duik, want na het zwemmeke kan ik toch lekker opwarmen onder de warme douche 😉 Dit is een mooi strand, maar we hebben ze nog niet allemaal gezien natuurlijk, dus eerst nog afwachten en dan oordelen.

Na Lucky Bay zetten we koers richting Hellfire Bay. Daar twijfelen we niet lang om de wandeling te maken naar Little Hellfire bay. Uit goeie bron hebben we namelijk vernomen dat we hier wel eens een winnaar zouden kunnen hebben. We wandelen eerst door de duinen om dan ineens een strandje uit het niets te zien verschijnen. Waaaaaaw, is het enige wat we hier kunnen uitbrengen. Jurriaan en Laura hadden wel gelijk om te zeggen: “Als er een strand bestaat mooier dan dit, dan zou dat strafbaar moeten zijn”. Geen lang uitgestrekt strand, maar een klein, gezellig en verlaten strandje in een inham van de zee. Na mijn onderkoeling van deze morgen, blijven we rustig aan de kant zitten om dit pareltje te bewonderen. We kunnen niet genoeg krijgen van het zicht, van die heldere zee die samen met het zonlicht verandert in telkens andere kleurschakeringen. Jammer genoeg zitten die vervelende vliegen hier ook weer en wanneer we genoeg belaagd zijn, keren we op onze passen terug naar de auto. We maken de bedenking dat we hier ooit nog wel eens moeten terugkeren bij warmere watertemperaturen 😉

Later op de dag genieten we nog van het uitzicht op Le Grand Beach dat iets spectaculairder is met hogere golven om dan terug te keren naar Esperance. Little Hellfire bay is dus ook op onze lijst gekomen van de mooiste stranden die we hier in Australië gezien hebben, als je hiervan al een lijst kan opmaken, want ieder strand heeft wel zijn bepaalde charmes.

We zijn hier sneller rond dan we hadden gedacht, dus beginnen we al aan onze route naar het noorden, waar de grote doorsteek naar het midden van Australië op ons wacht. De komende paar dagen zal het wat stil zijn van onze kant uit, aangezien de Great Central Road door de woestijn op ons menu staat.