Zaterdag 17 december 2011

De dag begint met een verwenbeurt voor de wagen, een ‘car wash’. De modderige gravelwegen hadden onze witte auto beetje veranderd in een bruine en twas dus hoog tijd om hier iets aan te doen. Met de ‘selfcarwash’ schrobben we met een race tegen de klok. We steken telkens een dollar in het machientje en dan begint er een aftelklokje (1min20). 8dollar later rijden we verder met een blinkende voituur. Goed gedaan banaan!
Alsof de natuur met ons lacht, komen we die dag in de ene na de andere regenbui terecht.

Het slechte weer verhindert ons echter niet van uitstapjes te doen en we bevinden ons nu in het Coorong National Park. Dit is een grote lagune, afgeschermd van de zee door de Younghusband Peninsula, een lange uitgestrekte duin. Dit biedt de ideale broedplaats voor de 200 verschillende vogelsoorten die hier wonen. We spotten met gemak vele pelikanen zowel op de grond als in de lucht. Ik vind het maar vieze beesten en vooral als we een foto zien van een pasgeboren pelikaan, niets schattig aan.

Wanneer we verderzetten richting Kingston SE, zien we ineens in de verte een megagrote Kreeft. Dit is ‘Larry The Lobster’ en het is aanschuiven om er een foto van te kunnen nemen. Dit is dan ook het enige wat er in het stadje te beleven valt, helaas. 45 kilometer verder komen we in Robe, waar we op zoek gaan naar ‘voor daar dan toch’ de famous Obelisk. Deze lijkt op een vuurtoren, maar is eigenlijk gebouwd als reddingspunt voor de vele schepen die hier aan de kust in de problemen kwamen. De toren deed dienst als opslagplaats voor reddingsraketten. Door middel van een koord er aan bevestigd werden drenkelingen zo aan wal getrokken. De kalkstenen ondergrond heeft het zwaar te verduren door de zee en erosie waardoor hij, ironisch genoeg, gedoemd is om zelf ooit in zee te vallen.

De regen valt voor de zoveelste keer deze dag opnieuw uit de lucht als we in Millicent toekomen. Even buiten het stadje maken we de scenic drive voorbij het grootste windmolenpark van het Zuidelijk halfrond. We hebben ons niet beziggehouden met ze te tellen, maar het zijn er inderdaad heel veel want de weilanden rondom rond zijn bezaaid met de 100 meter hoge molens. Met de sterke wind staan ze allemaal flink propere energie te produceren, daar kan België nog iets van leren.

Zondag 18december 2011

De regen is nog steeds van de partij en wij zijn er nog vast van overtuigd om dit niet aan ons hart te laten komen, dus trotten we vrolijk verder. Vandaag staat Mount Gambier op het programma. We bezoeken eerst de Umpherston sinkhole, een immens gat dat gevormd is toen het plafond van een ondergrondse kalkstenen grot naar beneden gevallen is. De ideale lokatie voor een prachtige botanische tuin. Het heeft wel iets weg van een tropisch regenwoud in de gietende regen. Mount Gambier is vooral bekend voor zijn Blue lake, een meer dat gevormd is in een vulkaankrater en die de hele stad voorziet van drinkwater. Elk jaar, in de maand november, verandert het meer op enkele dagen van een grijze tint naar een superblauwe tint. Verschillende wetenschappers hebben zich over dit fenomeen al gebogen met elk een verschillende verklaring.

Later op de dag passeren we nog langs de ‘Caves Gardens’. Pal in het centrum is hier een waterval die in de ondergrondse kalkstenen grotten stort.
Omdat de zon ineens door het wolkendek te voorschijn komt, gaan we nog eens kijken naar het blue lake om een ander zicht te krijgen, want de kleur verandert hier met de weersveranderingen. Hier waren we dus getuige van dat effectief zo is 🙂

Met Mount Gambier achter ons, sluiten we terug een hoofdstukje af van onze reis en komen we in een nieuw deel van Australië terecht, de Staat Victoria. Hopsakee, we moeten ook alweer ons uurwerk verzetten en doen er een half uurtje bij. We zitten ondertussen nu al 10 uur voor op jullie.

Met het binnenrijden van de staat Victoria, maken we ons de bemerking dat we op onze reis nog geen koala’s gezien hebben. Onze woorden waren nog niet half koud of we zien een ‘road sign’ dat we moeten oppassen voor overstekende koala’s. Nu ja, de kans dat dat gebeurt lijkt ons klein, aangezien de koala’s tot 18 uur per dag kunnen slapen. We kijken onze ogen uit in de bomen of we toch geen grijs fluffy beestje kunnen spotten, maar helaas.

De avond is nog lang niet daar, dus we maken nog even een omweg langs Cape Bridgewater en we beklagen het ons zeker niet. De hoogtepunten daar zijn: de mooie strandbaai, het windmolenpark en het petrified forest. Goed meegenomen zijn de gratis douche, want ons haar mocht wel eens gewassen worden :-).

Helemaal proper, gaan we op zoek naar een slaapplaats en vinden een mooie rest area in een bos. En wat zie ik opeens???? Een koalabeer! Ik wijs de boom aan waar ik het beertje zie en David ziet niets, zelfs niet met de telelens. Ik begin al aan mezelf te twijfelen tot we een beetje dichter gaan kijken en we zo een schattig beertje in de boom zien zitten. Koalabeer gespot, CHECK.

Maandag 19december 2011

Vandaag staat er niet te veel op het programma, want we wachten op goed weer om de Great Ocean Road af te rijden. Voorlopig ziet het er naar uit dat vanaf morgen de zon meer van de partij zal zijn. Onze dagplanning was echter snel ingevuld wegens onderstaand verhaal:

Gisteren, in een opwelling, had ik, op gratis internet van de bibliotheek van Mount Gambier, een beetje zitten surfen op de website van Studio Brussel. Music for Life is nu volop aan de gang en elk jaar volgen wij dat wel een beetje. Aangezien het de laatste campagne is, konden we het niet laten om ook een plaatje aan te vragen met een kleine bijdrage.

Tot onze verrassing worden we deze morgen gewekt door een telefoontje van Studio Brussel. Ze willen ons in de nachtuitzending eens opbellen voor een babbeltje. Blijkbaar bellen ze graag mensen, die in het buitenland verblijven, op tijdens de nacht om zo hun uitzending wat te vullen. Hier zeggen we uiteraard geen nee tegen en beginnen al te stresseren tot wanneer het bij jullie 3uur ‘s nachts wordt (de voorlopig geplande zendtijd). Stubru is mee met de moderne tijd en ze bellen ons op of we er iets op tegen hebben om te skypen met video. Oh nee, nog meer stress! Gelukkig hebben we ons haar gisteren gewassen. We rijden vlug richting de grote stad (Warrnambool) waar we de Mcdonalds opzoeken voor gratis internet en dan wachten maar tot Sam ons opbelt.

Om 13,30 uur plaatselijke tijd rinkelt de telefoon aan de andere kant van de wereld en zijn we in de ether. Sam vraagt ons een beetje wat we hier doen, hoe het met de toiletten hier gesteld is, welk plaatje we willen aanvragen en hoeveel we erover hebben. Aarzelend zeg ik 10euro, we moeten denken aan ons budget he en ‘kadjieng’ zegt de kassa van Stubru. Voila, zo dragen wij toch een beetje ons steentje bij voor de diarree campagne. Daar hebben wij hier gelukkig nog geen last van gehad wegens superpropere openbare toiletten op elke hoek van de straat.

By the way, ons liedje was ‘Gotye’ met ‘somebody that I used to know’, nen Australischen Belg, of is het nu een Belgische Australiër?

Met dank aan Ben Monsaert voor het geluidsfragment